Bescherming van creativiteit en samenspel met AI
Aan de kern van de bescherming van creatieve output zoals afbeeldingen, ligt het auteursrecht. Opdat er sprake zou zijn van auteursrecht dient er sprake te zijn van:
- Een werk, uitgedrukt in een concrete vorm (dus geen loutere ideeën of concepten);
- Dat het resultaat is van een creatieve (menselijke) activiteit;
- En bovendien origineel is (een uniek karakter heeft door de eigen creatieve stempel van de auteur).
De regelgeving die auteursrecht specifiek toepast op AI-modellen is relatief beperkt: enerzijds biedt de EU DSM-richtlijn 2 uitzonderingen specifiek van toepassing op tekst- en datamining. De EU AI-Act zet dan weer in artikel 53 verplichtingen voor de aanbieders een general-purpose AI’s om te voorzien in een beleid dat conform de regels van auteursrecht en naburige rechten is en een overzicht van welke zaken gebruikt zijn in het trainen van het model.
Voor de concrete toepassing van deze relatief nieuwe regels is het nog wachten op de eerste rechtspraak, maar in ieder geval liggen de verplichtingen van de aanbieder dus voor nu in de trainingsfase en niet in de output die een gebruiker genereert.
Wat betreft een specifieke of conceptuele stijl, deze kan voorlopig niet beschermd worden onder het auteursrecht. Het betreft geen ‘werk’ en is vooral niet voldoende nauwkeurig te definiëren (hoewel de parameters die AI-tools blijkbaar vast kunnen stellen hier mogelijk nog verandering in kunnen brengen).